LOGOPEDIEPRAKTIJK OOST


WAT IS STOTTEREN?
 
Stotteren is onvloeiend spreken. Dit kan zich uiten in: het herhalen van klanken, lettergrepen, woorden of zinsdelen, blokkeren op een klank en het vermijden van woorden of spreeksituaties. Soms is er een duidelijke verstoring van de adem te horen.

Normale onvloeienheden:
Veel kinderen maken in de periode dat de taalontwikkeling goed op gang komt, zo ongeveer tussen de 3 en 5 jaar, een periode door van onvloeiend spreken. Het gaat hierbij meestal om normale onvloeiendheden. De motorische ontwikkeling van het mondgebied kan soms nog achter zijn t.o.v. de taalontwikkeling. Kinderen hebben al veel woorden in hun woordschat waarbij er ook motorisch ingewikkelde woorden zijn zoals: bibliotheek. Alleen is het motorische systeem daar nog niet aan toe om deze ingewikkelde bewegingen te maken. Ten tweede kan in de taalontwikkeling het begrijpen van taal al veel verder zijn dan het gebruiken van de taal. Het kind weet dan in zijn/haar hoofd wat het zeggen wil maar weet het niet te verwoorden. Ten derde maakt het leven van een kind in die fase soms grote veranderingen door; hij/zij gaat naar de basisschool. Dit kan een spanningsvolle periode zijn voor een kind waardoor er ook bij het spreken veel spanning komt.

Risicofactoren:
De meeste kinderen die in deze fase onvloeiend spreken zullen niet gaan stotteren; gemiddeld gaat het bij 90% weer voorbij. Er zijn echter kinderen die een risico lopen tot het ontwikkelen van blijvend stotteren. Factoren die dit in de hand kunnen werken zijn: wanneer één van de ouders (of allebei) stottert of gestotterd heeft, wanneer er meerdere mensen in de familie stotteren,( wanneer het een jongetje is (er stotteren gemiddeld 4 keer zoveel mannen als vrouwen).) Risicofactoren voor stotteren zijn: wanneer het kind met veel spanning stottert, blokkeert tijdens het spreken, delen van woorden of hele woorden regelmatig meer dan 3 keer herhaalt, vermijdingsgedrag vertoont.

Logopedie:
Het is verstandig om hulp te zoeken als: